Extra ondersteuning

Als basisondersteuning niet afdoende blijkt te zijn, schakelt de mentor het ondersteuningsteam in. Het ondersteuningsteam staat onder leiding van de ondersteuningscoördinator. Zij verzorgt de ondersteuning niet zelf, maar begeleidt leerlingen wel naar de meest passende ondersteuning binnen en/of buiten de school. Zo kan er bijvoorbeeld sprake zijn van problemen in de thuissituatie, angstproblematiek of gedragsproblemen waarbij ingezet wordt op (oplossingsgerichte) gesprekken met schoolmaatschappelijk werk of een trajectbegeleider binnen de school. Ook kan er gezocht worden naar een oplossing buiten de klas. Dit kan in de vorm van tijdelijke plaatsing in de trajectklas. Dit is een voorziening voor leerlingen met extra ondersteuningsbehoeften. De bedoeling is dat leerlingen zoveel mogelijk het lesrooster van hun eigen klas volgen, maar dat zij (tijdelijk) terug kunnen vallen op de trajectklas als dat nodig mocht blijken.

Voor leerlingen die gebruikmaken van extra ondersteuning wordt een handelsplan (intern traject) of TOP-dossier (extern traject) opgesteld door de trajectbegeleider. Daarin wordt beschreven wat een leerling nodig heeft aan ondersteuning variërend van een aangepast onderwijsprogramma, plaatsing in de interne trajectvoorziening, plaatsing in een boven schoolse voorziening van het samenwerkingsverband of tijdelijke plaatsing in een expertisecentrum of het VSO tot de geïndiceerde jeugdhulpverlening. School kan bij het realiseren van het plan hulp vragen aan de GGD (jeugdverpleegkundige, jeugdarts), de jeugd- en gezinscoach, leerplichtambtenaar, consulent samenwerkingsverband of andere professionals die uw kind kunnen adviseren. Het ondersteuningsteam adviseert uiteindelijk op welke wijze de leerling het beste ondersteund kan worden om zo goed mogelijk te kunnen blijven volgen.

Een overzicht van alle vormen van ondersteuning is te vinden op de ondersteuningskaart 2023-2024.

De wet Passend Onderwijs schrijft voor dat elke school over een schoolondersteuningsprofiel beschikt. Daarin legt de school (schoolbestuur) eenmaal per vier jaar vast welke begeleiding en ondersteuning de school kan bieden.